Hartsverlangen
Ik hoor er veel over, de ene persoon noemt het missie, de andere roeping en een derde spreekt over levensdoel. En dan heb je ook nog bestemming en het, nog niet tot mijn woordenboek doorgedrongen, hartsverlangen. In de basis verwijzen al deze begrippen naar hetzelfde. Het is datgene waar we naar op zoek zijn in onszelf, datgene wat de moeite waard zou zijn om voor te leven, waar we ons, ieder met zijn of haar specifieke kwaliteiten met hart en ziel aan zouden willen wijden om een bevredigend leven te leiden enerzijds en een waardevolle bijdrage kunnen leveren aan de gehele mensheid, planeet, kosmos anderzijds. Kortom het is datgene waarmee we invulling willen geven aan onze aardse aanwezigheid.
Bij mij roepen al deze equivalenten, die ik voor de leesbaarheid verder laat vertegenwoordigen door ‘hartsverlangen’, in toenemende mate vragen en gevoelens van ongemak op. Zij zijn weliswaar in staat om een enkeling van ons van jongs af aan in alle puurheid te bezielen, maar komen naar mijn idee met grotere regelmaat voort uit gevoelens van ontevredenheid over het leven zoals men dat nu leidt. Men denkt dat een verandering van een externe factor als een woon- of werkomgeving de oplossing is naar meer rust, geluk, voldoening of innerlijke vrede. Met drijfveren als ontevredenheid en verzet vraag ik me enerzijds serieus af of we in staat zijn goed te beoordelen wat we werkelijk willen of zouden moeten doen en anderzijds of een hartsverlangen voortgekomen uit deze gemoedstoestanden enige kans van slagen heeft.
Ook kan ik het moeilijk rijmen met de Boeddhistische richtlijnen en mijn steeds sterker wordende besef dat elke vorm van verlangen en doelgerichtheid een vorm van ongemak en leed in zich draagt door de verwachting waar het mee gepaard gaat. Want waar verwachting is, is geen open blik, geen ruimte voor het zien van het geheel. Met het willen vormgeven aan ons verlangen van het hart creëren we een filter, een sluier waardoor we de wereld waarnemen. Alles wat het hartsverlangen in onze beleving in de weg staat filteren we bij voorbaat al uit en waarvan we denken dat het dat ondersteunt laten we moeiteloos toe. Hoe kan iets ons bestaansdoel zijn als het ons in de weg staat het leven in al haar nuances te ontmoeten?
Maar wat kan de aanwezigheid van een hartsverlangen dan voor ons betekenen?
We stellen ons, met het bereiken van het verlangen van ons hart in het verschiet, sneller open voor verandering. Zo kan het ons keer op keer aanmoedigen om onze grenzen te verleggen, net iets meer discipline op te brengen of op momenten onze stem te verheffen, waar we voorheen bang waren om te falen en terughoudend waren in onze handelingen. Hartsverlangen in de vorm van een voor onszelf duidelijk ingeprente voorstelling waar het verder met ons naar toe gaat en de overtuiging dat het uitermate zinvol is waar we mee bezig zijn geven ons, geconditioneerde wezens, de idee controle te hebben over ons leven. Zonder de illusionaire houvast van deze controle en hoop zouden we simpelweg ons leven minder vaak onder de loep willen nemen, zelden de sprong in het diepe durven wagen die ons leven een andere wending kan geven en daarmee het vruchtbare zetje voor onze persoonlijke groei missen, die er maar al te vaak mee gepaard gaat.
Het kiezen voor het navolgen van een hartsverlangen is naast het tonen van daadkracht ook een manier om te kiezen voor een leven waarin we onze eigen verantwoordelijkheid accepteren. Waar we in het verleden terugvielen op onze medemens, moeten we nu zelf de klus klaren. Waar we scholen achter de gebreken en successen van anderen, zijn we nu open en bloot vrijgesteld aan het oordeel van onszelf en de wereld om ons heen. Dat verscherpte gevoel van eigen verantwoordelijkheid, creëert een verscherpt gevoel van zelfonderzoek. We kunnen niet langer de omgeving verantwoordelijk houden voor hetgeen we voelen of hen vragen stellen over wat ons overkomt. We kunnen niet anders dan de blik op een gegeven moment naar binnen richten en ontdekken dat de wortels van onder andere onze oorspronkelijke drijfveren ontevredenheid en verzet niet in externe factoren huizen, maar in onszelf.
En met de nieuwe onderzoekende, positieve en standvastige houding betreden we ineens een pad die we eerder uit de weg waren gegaan, anders nooit tegen waren gekomen, het pad van zelfonderzoek, bewustwording en transformatie. Een pad dat ons op een gegeven moment ook zal laten zien dat het fenomeen dat we kennen als hartsverlangen, missie, roeping, lot, bestemming of levensdoel geen doel op zich is, maar een dienstbare medereiziger op de weg naar ons uiteindelijke doel, als je van een doel wilt spreken; het leven ontmoeten en accepteren in al haar volledigheid. Een leven waar elk doel of hartsverlangen uitdooft, gewoonweg omdat het er niet toe doet. Een leven in aandacht, gelijkmoedigheid en tevredenheid. Of zoals de Amerikaanse therapeut en bestseller-schrijver John Gray het populair formuleert:
“Een leven waarin we ons beseffen dat we krijgen wat we willen en willen wat we hebben!”